Groet uit Schoorl. Nog zo’n fenomeen. Winterse omstandigheden (soms). Mooi duingebied (altijd). Met de auto naar Heiloo en met de trein naar Alkmaar en dan met de bus naar Schoorl. Met vijftig andere hardlopers op weg naar de halve marathon van Schoorl. Een lange straat op weg naar de verkleedtent bood ons het aanblik van koude verkleumde pony’s; die ook nog te koop waren. Onderwerp van gesprek: wat doet tegenwoordig een broodje pony?
De aantallen lopers zijn hier veel minder dan bij de loop in Egmond. De drukte in de tent is er niet minder om. De spanning is voor alle lopen hetzelfde: drukte, gezoek, te late binnenkomers, relaxte lopers.
Naar de start is nog een flink eind lopen. Je weet dan wel gelijk of je de goede kleding aan hebt gedaan. Eén shirt met lange mouwen, lange tight. Maar geen muts en geen handschoenen. Het kwartier voor de start is koud, een beetje heen en weer hoppen en hopen dat het aftellen in Schoorl sneller gaat dan in de rest van Nederland. Als we dan weg mogen gaat het direct rap. Brede weg, dus vele ruimte om te lopen. Rondje door het dorp, lange rechte weg naar Groet, keren en weer terug naar Schoorl. Er staat veel publiek en de aanmoedigingen voor Els, Kees en Bert zijn goedbedoeld. Ik heb geen idee wie het zijn: de meeste mensen dragen hun startnummer met hun naam daarop op hun borst. Zo sjok je 21 kilometer lang achter volslagen onbekende mensen aan. Pas later, als je de finishfoto’s ziet, krijg je er een beeld bij. Soms is het maar beter dat je het dan pas ziet.
Als we weer in Schoorl zijn gaan we rechtsaf het duingebied in. Het toneel voor deze halve marathon want tot een kilometer of 18 blijft dit het beeld. We draven voort langs bossen, zandverstuivingen e.d. Ik verbaas me over een wandelaar die rustig op een bankje zijn brood met thee/koffie op zit te eten. Wil je een dagje rustig wandelen draven daar ineens een paar duizend puffende, zwetende mensen voorbij.
Ondertussen waren we het tien kilometerpunt ruim gepasseerd (in iets meer dan 45 minuten). Voor mij ging dat hard. Er begon wat zorg te ontstaan of ik dit tempo nog 11 kilometer kon volhouden, al liep het wel lekker. Het waterpunt na de 10 kilometer mistte ik, ik greep naast de beker maar had geen zin om terug te gaan. Als snel regen de kilometers zich vrij eenvoudig aan elkaar en bleef ik bij dezelfde groep lopers. Nog een paar kilometer. Vlakbij Groet kom je dan weer op de weg uit waar we twee, drie kilometer na de start ook al over waren gegaan. Had je toen maar opgelet want nu heb je wel het idee dat ze ondertussen de weg veel langer hebben gemaakt maar dat is echt niet zo. Er kwam geen eind aan. En dat terwijl je dacht dat 1 uur 40 haalbaar was. Eindelijk komt de één na laatste bocht in beeld, en besluit je de laatste kilometer te gaan lopen voor een tijd onder de 1 uur 40. Laatste bocht, het finishdoek hangt verder dan verwacht, de finishfoto wordt weer geen topplaatje. De tijd wel: 1 uur 39 minuten en 56 seconden. Ik had gehoopt dit tijd te halen tijdens de City Pier City loop in Den Haag over een maand.
Vrolijk stap ik in de bus op weg naar huis.